Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

Toezeggingen

2024-TZ-42 Recht van overpad

ID
149
Onderwerp
2024-TZ-42 Recht van overpad
Toezegging
Civielrechtelijke uitspraak over het recht van overpad, te weten of daarin overeenstemming is bereikt, wordt gecheckt en hier wordt schriftelijk op terug gekomen (vóór de raadsvergadering van 17 oktober 2024).
Agendapunt (koppeling 1)
Commissie Omgeving 2024 (9. Vaststellen bestemmingsplan Schoolstraatje ong. Velp )
donderdag 3 oktober 19:30 tot 21:44
Raadzaal Cuijk
Agendapunt (koppeling 2)
Raadsvergadering 2024 (17. Vaststellen bestemmingsplan Schoolstraatje ong. Velp (hamerstuk))
donderdag 17 oktober 19:30 tot 22:08
Raadzaal Cuijk
Portefeuillehouder
Wethouder Mark Janssen
Medewerker
Team
  • Ruimtelijke Ontwikkeling
Deadline
17-10-2024
Afgedaan
Afgedaan
Afgedaan op
14-10-2024
Afgedaan middels
Geborgd in het proces
RIS nummer
Toelichting/Reactie
Reactie 14-10-2024: De initiatiefnemer van het plan heeft laten weten dat er overeenstemming is bereikt. Van de indiener van de zienswijze is niets vernomen, ondanks dat is gevraagd voor afgelopen vrijdag te reageren.
Toelichting/reactie (veel tekst)
Aanvullende reactie 16-10-2024: Tijdens de commissievergadering van 3 oktober jl.is door wethouder Mark Janssen-Van Gaal inzake de vaststelling van bestemmingsplan Schoolstraatje ong. te Velp toegezegd om te checken of er overeenstemming is tussen de indiener van de zienswijze enerzijds en de initiatiefnemer van het plan anderzijds omtrent het recht van overpad. Dit omdat er enige verwarring ontstond nadat uit het participatieformat naar voren kwam dat er overeenstemming zou zijn en in de nota van zienswijzen is opgenomen dat er geen overeenstemming is. Tevens is er onlangs vonnis gewezen door de rechtbank in de civiele zaak die speelde over dit onderwerp. De reactie van de initiatiefnemer is reeds toegestuurd aan de griffie maar vandaag ontvingen wij nog een mondelinge reactie van de indiener van de zienswijze, die zich dus beroept op zijn recht van overpad. Hij heeft laten weten het niet eens te zijn met het vonnis van de rechtbank en in hoger beroep te gaan. Het is dus duidelijk dat er geen algehele overeenstemming is ontstaan tussen beide partijen. In het vonnis van de civiele rechtbank is bepaald dat er geen sprake is van een erfdienstbaarheid (recht van overpad) maar van een persoonlijk toegangsrecht. Dat toegangsrecht wordt volgens de rechter door de eigenaar van het perceel (tevens de initiatiefnemer van het plan) voldoende gerespecteerd. Dit betreft dus een privaatrechtelijk geschil. Wat bij de (bestuursrechtelijke) vaststelling van het bestemmingsplan echter moet worden nagegaan is of er sprake is van een evidente privaatrechtelijke belemmering. Daarvan is eigenlijk alleen maar sprake als op voorhand kan worden uitgesloten dat het plan kan worden gerealiseerd, wat in deze casus niet het geval is. Partijen zijn het reeds eens geworden over verlegging van de inrit ten behoeve van het toegangspad, dit is in de praktijk zelfs al gebeurd met instemming van beide partijen. Het meningsverschil richt zich uitsluitend op de randafspraken met betrekking tot het persoonlijk toegangsrecht. Naar onze mening is er geen sprake van een evidente privaatrechtelijke belemmering en kan het bestemmingsplan gewoon worden vastgesteld, zoals ook is verwoord in de nota van zienswijzen. Nu het persoonlijk toegangsrecht (ook naar mening van de rechter) voldoende wordt gerespecteerd komt de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan niet in het geding.
Bijlage(n)